De beste boeken van 2019

Ik lijk wel een krant. Ook ik maak een eindejaarslijst met de beste boeken die ik heb gelezen. Erg nauwkeurig houd ik het niet meer bij, maar ik heb dit jaar meer gelezen dan ooit – over lang niet elk boek schrijf ik hier iets. Een enkel slecht of matig boek las ik, maar overwegend was het goed. Maar wat stak er écht bovenuit?

Roman van het jaar

Ilja Leonard Pfeijffer - Grand Hotel EuropaAan het begin van het jaar las ik een drietal boeken die zich erg bezighouden met de wereld op dit moment en die je daar graag over willen laten nadenken. Het eerste boek dat ik in 2019 las was Grand Hotel Europa van Ilja Leonard Pfeijffer – bij verschijnen vlak voor kerst vorig jaar door Thomas de Veen bestempeld als de ‘roman van het jaar’, wat ongetwijfeld sloeg op 2018, maar in zeker opzicht vooral gold voor 2019. Was er één boek vaker in beeld dan dit? Het is zo’n boek waarvan je gerust kunt zeggen dat het ‘een snaar raakt’. De media doken massaal op de schrijver en zijn boek.

Net als lezers trouwens. Geen Nederlands boek verkocht beter dan dit. Wat ook weer fijn is voor de boekhandel, want die was blij met een goede kassa-aanslag. Ook ik vond het een goed boek: Pfeijffer schrijft erg fijn, is scherp en heeft met deze roman een interessante kwestie te pakken. Maar het beste boek dat ik las dit jaar? Nee. Het boek is dik, emmert af en toe net wat en bevat nogal wat essayistische passages. Op zich niet erg, maar als roman vond ik Pfeijffers eerdere boek La superba veel spannender geschreven.

Maatschappelijk betrokken

Kort daarop las ik Opperduitsland van voormalig bankier Alexander Schimmelbusch. Het is een stilistisch formidabele satire op het grootkapitaal. Alleen al de passage over Vapiano rechtvaardigt lezing van dit boek, maar het einde van de roman is wat zwak. En dan was er ook nog een nieuwe roman van Michel Houellebecq, Serotonine. Niet zijn beste, maar ook niet slecht – een uitgebreider stuk volgt (zie hier).

Alexander Schimmelbusch - OpperduitslandBehalve de hierboven genoemde boeken waarin het straatrumoer doorklinkt, heb je natuurlijk ook boeken die daar geen oor voor hebben. Boeken, om met David Foster Wallace te spreken, ‘about what it is to be a fucking human being’. Met dit soort boeken heb ik net wat meer affiniteit dan die o zo maatschappelijk betrokken werken.

Het beste dat ik dit jaar las

Sander Kollaard Uit het leven van een hondIk was dan ook erg te spreken over Uit het leven van een hond van Sander Kollaard. Het is een korte roman waarin alles ‘gewoon’ is: de hoofdpersoon Henk van Doorn, zijn hond en de beschreven dag uit hun beider leven. Maar het is de kwaliteit van Kollaard als schrijver die dit verhaal boven het alledaagse uit tilt, er een buitengewoon verhaal van maakt. En dat doet hij niet alleen met prachtige observaties, maar ook door het een roman te maken die onder de oppervlakte ook gaat over het vertellen van verhalen.

Marijke Schermer -Liefde als dat het isVan Marijke Schermer las ik eerder Noodweer en nu haar nieuwe roman Liefde, als dat het is. Ook dit is een boek waarmee ze bewondering afdwingt. Aan de hand van het gesprongen huwelijk van Terri en David, hun kinderen en hun beider nieuwe minnaars onderzoekt ze verschillende vormen van liefde en heeft daarbij een scherp oog voor menselijke gedragingen. Wat deze roman vooral zo bijzonder maakt is het gemak waarmee Marijke Schermer wisselt tussen de beleving van al haar personages. Het levert een mooi beeld op van hoe ieder omgaat met de liefde, of het gebrek daaraan.

elke geurts de weg naar zeeDat Elke Geurts fantastisch is, wist ik eigenlijk al, en werd bevestigd toen ik De weg naar zee las. Een klein verhaal, groots verteld. Tessa trekt de bolderkar met daarin haar zevenjarige dochter Summer door de duinen naar zee. Een dag vakantie zonder vriendin Gina en haar dochter Milja. Een eenvoudig gegeven lijkt het, en dat ís het ook natuurlijk, maar daaronder schuilt het werkelijke verhaal. Die stranddag, het zal wat; De weg naar zee is een onthutsend verhaal over de liefde van ouders voor hun kinderen, of misschien wel meer het onvermogen daartoe.

Stephan Enter PastoraleNiet al te lang geleden herlas ik de twee vorige romans van Stephan Enter Grip en Compassie. Boeken die bij herlezing beter werden en deden uitzien naar nieuw werk. Vorige maand verscheen dan Pastorale, een alleszins minder idyllisch verhaal dan de titel doet vermoeden. Veel van Enters eerdere werk ging over intimiteit, en met name het onvermogen van zijn personages daartoe. Ditmaal maken twee heel ander soort kwesties de hoofdmoot uit: het lot van de Molukkers in Nederland en een afrekening met het protestantse geloof. Enter is scherp, hier en daar uiterst grappig en heeft hier en daar weer buitengewoon treffende observaties.

Lees bijvoorbeeld de omschrijving van een ouderling die op bezoek komt:

Van tijd tot tijd kantelde hij als een tuimelaar naar voren, strekte een beringde hand naar een glazen schotel met Droste-flikken op het lage tafeltje voor hem en bracht er een naar zijn al bij voorbaat smakkende lippen.

Dit is schrijven!

Dit waren mijn favorieten van dit jaar. Welk moois heb ik gemist? Suggesties zijn meer dan welkom – ik zet ze graag op de lijst voor volgend jaar.

Eén gedachte over “De beste boeken van 2019”

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Blijf op de hoogte