Met het abonnement op de Groene Amsterdammer krijg je eens in de zoveel weken De Gids erbij. Het oudste literaire tijdschrift van Nederland krijg je bij een ander blad, opdat het misschien nog door sommigen gelezen wordt. Vermoedelijk heeft het anders te weinig lezers. En De Gids is niet het enige tijdschrift dat (te) weinig abonnees heeft. En hadden literaire tijdschriften al weinig abonnee-inkomsten, de overheid besloot begin dit jaar ook om nog maar vier tijdschriften subsidies te geven: Hollands Maandblad, Liter, Das Magazin en Terras. De Revisor en Tirade bijvoorbeeld, de tijdschriften die ik tijdens mijn studie het vaakst ben tegengekomen, denk ik, hebben het maar uit te zoeken. Lees verder “Das Magazin (1)”
Willem Frederik Hermans beschouwend
Van deel 11 van Hermans’ Volledige Werken restten mij nog ‘Machines in bikini’ en ‘Dinky Toys’. De eerste 747 pagina’s van dit deel waren mij al niet meegevallen. Het viel me op dat Hermans in deze beschouwingen zich enorm kon opwinden over kwesties die (nu) volstrekt oninteressant zijn. Wie Hermans betichtte van een onjuistheid, kon rekenen op een antwoord (al dan niet onder pseudoniem) waarin hij er haarfijn op werd gewezen – met paginanummer, mind you – dat bijvoorbeeld Du Perron wel degelijk dit of dat had geschreven. Waarom hield Hermans zich toch hiermee bezig? Lees verder “Willem Frederik Hermans beschouwend”
‘De kleinste impuls kan een lawine van gebeurtenissen in gang zetten.’
Hiermee laat Otto de Kat mooi zien hoe de verhoudingen kunnen liggen tussen privé en algemeen in oorlogstijd. Geen gevechtsscènes of beschrijvingen van het front; de oorlog is alleen abstract aanwezig in de dreiging van het gevaar dat Emma te wachten staat. Het levert opvallende passages op waarin het gewone leven tijdens de oorlog worden beschreven: verjaardagen worden gevierd en skivakanties gaan gewoon door. Lees verder “‘De kleinste impuls kan een lawine van gebeurtenissen in gang zetten.’”
Infinite summer
En nu blijkt dat dit een beproefd plan is! Jaren geleden al, zo ontdekte is pas, is er een hele club mensen geweest die ook in de zomer Infinite Jest hebben gelezen. Infinite summer heette dit project en er is een bijbehorende website van. Lees verder “Infinite summer”
De fictie van een troonopvolger
Lichte kater na leesclub
Een maand of twee geleden stuitte ik erop, min of meer bij toeval en gelukkig was ik nog net op tijd. Het Das Mag Festival heeft namelijk een geniaal concept: dertig leesclubs tegelijk en daarna met zijn allen een feest in De Melkweg. Met een groep van 25 lezers een boek bespreken met de auteur erbij. Zo maak je een leesclub hip, ja. Het zong natuurlijk al een tijdje op Facebook (hoe moest ik dat weten?) dus toen ik mij wilde aanmelden was er nog maar weinig keus. Mijn grootste literaire held was al volgeboekt en van de auteurs die nog over waren koos ik voor Joe Dunthorne – min of meer op de gok; ik kende hem niet, maar het was een leuke aanleiding om eens iets geheel onbekends te lezen. Lees verder “Lichte kater na leesclub”
Lzr zkt lit. (m/v)
Helden zijn niet lankmoedig

Daarbij is het me overigens ook niet helemaal duidelijk waarom dit boek nu ineens zo populair is. Uiteraard, de publiciteitsafdeling van de uitgeverij heeft uitstekend werk gedaan, maar het is niet bepaald een boek dat je op de eerste plaats van de Bestseller 60 verwacht – een plek normaliter voorbehouden aan clitlit, voetballersbiografieën, kookboeken en thrillers. Ik denk dat daarin ook juist de hype schuilt: eindelijk weer eens Literatuur op nummer 1. En de hype wordt natuurlijk weer versterkt door het NRC dat daar dan weer met veel genoegen over bericht. Lees verder “Helden zijn niet lankmoedig”
Je t’aime / I-love-you
Meer dan een jaar geleden las ik er een stuk over van Joost Zwagerman. Maakte me benieuwd: het klonk als een goed boek. Een jaar geleden moest ik een cadeau hebben en dacht aan The marriage plot. Maar ja, niet gelezen. Even kijken of het iets is; eerste bladzijde lezen:
To start with, look at all the books. There were her Edith Wharton novels, arranged not by title but date of publication; there was the complete Modern Library set of Henry James, a gift from her father on her twenty-first birthday; there were her dog-eared paperbacks assigned in her college courses, a lot of Dickens, a smidgen of Trollope, along with good helpings of Austen, George Eliot, and the redoubtable Brontë sisters.
Met zo’n opening heb je me. Dit moet wel goed zijn, kan niet anders. Eindelijk nu zelf gelezen en, ja, het is zeker een goed boek. Lees verder “Je t’aime / I-love-you”
Leren lezen
Hoe goed lees ik eigenlijk? Moeilijk om van jezelf te zeggen. Ik geloof dat ik een redelijk oog heb voor hoe een verhaal in elkaar zit. Maar soms merk je dat iemand een boek écht goed gelezen heeft, er dingen uit gehaald heeft, die jou zijn ontgaan. Grote bewondering heb ik voor zulke lezers. James Wood is zo’n lezer. En goed lezen, zegt hij, komt met de jaren: ‘We grow, as readers, and twenty-year-olds are relative virgins. They have not yet read enough literature to be taught by it how to read it,’ schrijft Wood. Hij is twintig jaar ouder dan ik, overigens. Lees verder “Leren lezen”